You can request a free quotation below. We will contact you as soon as possible.
Freek van den Berg
Johannes Fredericus (Freek) van den Berg (Amsterdam, 29 mei 1918 – Veessen, 13 juni 2000) was een Nederlands kunstschilder.
Freek van den Berg was voornamelijk autodidact. Wel kreeg hij enige tijd les van kunstenaar Frits Giltay en adviezen van Han van Dam (aldus Ed Wingen, 1998). In de jaren 40 van de vorige eeuw verwierf hij de bijnaam ‘de Kees van Dongen van Kattenburg’ (Pieter Scheen / 'Lexicon van Nederlandse Beeldende Kunstenaars 1850-1950', 1970).
Van 1954-1963 werkte hij tevens als kunstcriticus voor Het Parool, Het Vrije Volk en Vrij Nederland. Freek van den Berg had drie kinderen van wie de jongste, Roland van den Berg (1950-2007), eveneens kunstschilder werd.
In 1985 verhuisde Van den Berg vanuit Amsterdam naar het Veluwse IJsseldorpje Veessen. Het directe uitzicht op de rivier en met name de zonsopgangen beïnvloedden zijn werk. Zijn kleuren werden lichter van toon, ‘helderder, alsof de zon de meer de kans kreeg om zich te laten gelden’ (necrologie in Zwolse Courant, 15-06-2000). Vaak is Van den Berg ‘de laatste Nederlandse fauvist’ genoemd, o.a. door kunstjournalist Ed Wingen van De Telegraaf. Maar hoewel het werk van Van den Berg verwantschap vertoont met het fauvisme, voelde hij zich ook verbonden met het Franse impressionisme en het Duitse expressionisme. (Zie monografie ‘Freek van den Berg, de bevrijding van de kleur’, 2001).
Dat de geboren en getogen Amsterdammer Freek van den Berg als een fauve schildert is een gevolg van zijn temperament, zijn levensdrift, zijn liefde voor het leven dat hij met optimisme beziet. Uit zijn schilderijen en aquarellen blijkt allereerst dat hij een geboren schilder is, die het métier ‘in de vingers’ heeft. Al op jonge leeftijd was hij begiftigd met dit uitzonderlijke schilderstalent en verlaat op zijn 17e jaar het ouderlijk huis om kunstenaar te worden. Hij krijgt les van Frits Giltay en Han van Dam. In 1937 ontmoet Freek de schilder Kees van Dongen die hem uitnodigt voor zijn expositie bij de Amsterdamse kunsthandel Buffa. Het fauvisme was in Nederland nog redelijk onbekend en Freek raakte diep getroffen door het kleurgebruik van Van Dongen. Na de oorlog gaat Freek naar Parijs waar hij tentoonstellingen bezoekt en geïnspireerd raakt door de kleuren en vormgeving van schilders als Derain, De Vlaminck en Matisse. Al op twintigjarige leeftijd wordt hij lid van ‘De Onafhankelijken’ waar hij werkt met schilders als Harry Kuyten en Kees Maks. Hij schildert vooral landschappen, portretten en elegante vrouwen. De vrouw in haar warm zinnelijke aanwezigheid is HET onderwerp van zijn levendige schilderkunst. Om in zijn onderhoud te voorzien werkt hij als kunstcriticus voor Het Vrije Volk, Het Parool en Vrij Nederland. Begin jaren ’60 schildert hij decors voor Opera Forum. Zijn visie op de wereld van het theater is uitbundig en zijn coloristische verbeelding overrompelend sterk. Gedurende deze periode maakt hij veel schilderijen en aquarellen met als thema de revuedames van My Fair Lady. Freek maakt diverse reizen naar Chatou en Collioure, de bakermat van het fauvisme. In 1985 verlaat hij Amsterdam en vestigt zich op de Veluwe in het aan de IJssel gelegen Veessen. In zijn Amsterdamse periode schildert hij expressief, later vooral meer naar het impressionisme neigend, maar ook in Veessen blijft hij het onmiskenbare kleurenpalet van ‘de wilde beesten’ hanteren. Toch is Freek van den Berg niet in een navolging van het fauvisme blijven steken maar heeft dit isme verwerkt tot een eigen en voor Nederland unieke stijl. Freek neemt deel aan diverse tentoonstellingen in het land en is gedurende vele jaren een trouw exposant in Kunstzaal Hamdorff te Laren. Als eerbetoon aan zijn 80e verjaardag verschijnt in 1998 de monografie: Freek van den Berg, leven met kleur.